Spelletjes zijn een goede manier om samen iets doen en plezier te maken. Als we samen spelletjes spelen, gebeurt er van alles: interactie, betrokkenheid, wisseling van beurt en plezier. Daarmee kunnen we de communicatie uitbreiden. Tijdens het spelen, kunnen we het OC-systeem gebruiken om kernvocabulaire te modelleren. Bij elk spel zijn er mogelijkheden om OC voor meer dan alleen verzoeken (bijv. 'Ik wil...') te gebruiken. We kunnen namelijk ook taalgebruik modelleren om dingen te weigeren, informatie en commentaar te geven en voor sociale interactie. Maar welke woorden modelleer je? Dit blogartikel geeft je een aantal uitgangspunten om bij verschillende spellen kernwoorden te kiezen.
Activiteiten
Voordat we beginnen, is het belangrijk om het te hebben over het gebruik van activiteitenkaarten tijdens het spelen tegenover het gebruik van het kernwoordensysteem. Dit wordt uitgebreid besproken in dit artikel met do's en dont's van Jane Farrall. Het lijkt misschien nuttig om mappen met specifieke woorden die aansluiten bij de verschillende spellen aan te maken, maar het is niet handig om dit elke keer te doen. Spelletjes spelen is leuk en motiverend, wat het een goed moment maakt om kernwoorden te modelleren en de mappen met randvocabulaire voor de specifieke woorden die je misschien nodig hebt te verkennen. Dit is hoe jouw OC-gebruiker op de lange termijn leert om zijn of haar kernwoorden te gebruiken en de randwoorden te vinden voor communicatie, ook lang nadat het spel is afgelopen.
Algemene kernwoorden
Er zijn allereerst een aantal algemene kernwoorden die bij elk spelletje kunnen worden gebruikt.
Vragen en afwijzen:
- wil, wil dat, wil meer, ik wil ___
- kan ik spelen? kunnen we spelen? speel nog een keer
- help, hulp nodig, ik heb hulp nodig
- nee, niet dat, genoeg
- stop, stop nu, stop dat, stop dit, stop daar
Krijgen/geven van informatie en commentaar:
- doe, ik doe, ik doe het, jij doet het (in plaats van mijn beurt/jouw beurt)
- gaan, jij gaat, ik ga (in plaats van mijn beurt/jouw beurt)
- wat? wat nu? wat dat?
- leuk, leuk vinden, vind ik leuk, jij vindt het leuk, niet leuk, vind niet leuk, vind ik niet leuk
- kijk, bekijk dit
- geef, geef aan jou, geef aan mij
- speel, speel nu, speel dit, ik speel, wij spelen
Sociale interactie:
- goed/slecht
- wie? wie gaat? wie nu?
- gek/grappig/leuk/saai
- wat leuk? wat vind je leuk om te spelen?
- winnen/verliezen (Home > Acties > Gevoelswerkwoorden)
- Home > Babbel voor meer leuke sociale woorden
Kernwoorden bij spelletjes
Hieronder vind je een aantal populaire spellen met kernwoorden en -zinnen die je kunt proberen te modelleren. Er zijn ook een paar suggesties voor het randvocabulaire die ook gemodelleerd of toegevoegd kunnen worden, afhankelijk van het taalniveau van jouw OC-gebruiker. Deze randwoorden hebben een voorbeeldnavigatiepad om je te helpen bij het vinden van woorden bij het gebruiken van Proloquo2Go: Crescendo-vocabulaire, standaardgebruiker, met een roostermaat van 7x11.
De AssistiveWare Core Word Classroom staat vol leuke activiteiten en materialen, inclusief Core Word 5 Minute Fillers voor de spelletjes die in dit artikel worden genoemd. In de tabel hieronder vind je hier een aantal gerelateerde links.