Vaak krijgen we de vraag: 'Is OC een belemmering voor de gebruiker om te leren spreken?' Mensen in de omgeving van de OC-gebruiker maken zich zorgen dat alternatieve communicatievormen de pogingen om te spreken in de weg staan, en dat de OC-gebruiker niet zal proberen of leren te praten.
Uit onderzoek blijkt dat OC geen belemmering is voor de gebruiker om te leren spreken. Sterker nog: veel OC-gebruikers leren spreken omdat ze beter en vaker communiceren dankzij OC.
Hoewel elk persoon anders is en de reactie van een OC-gebruiker misschien afwijkt van de onderzoeksresultaten, kunnen we erop vertrouwen dat OC geen negatief effect heeft op de spraakontwikkeling van de overgrote meerderheid van de gebruikers. OC leidt vaak juist tot meer spraak én betere spraak. Als iemand de middelen krijgt om duidelijker te communiceren zal dat bovendien zijn/haar frustratie verminderen en de taalontwikkeling stimuleren.
De onderzoeken
Dit zijn twee artikelen over dit onderwerp die het meest worden geciteerd:
• 'The Impact of Augmentative and Alternative Communication Intervention on the Speech Production of Individuals With Developmental Disabilities: A Research Review' door Diane C. Millar, Janice C. Light en Ralf W. Schlosser in Journal of Speech, Language, and Hearing Research, april 2006, vol. 49, 248-264. doi:10.1044/1092-4388(2006/021).
In dit artikel presenteren de onderzoekers de resultaten van een meta-analyse waarmee ze het effect in kaart hebben gebracht van ondersteunde communicatie (OC) op de spraakproductie van individuen met een ontwikkelingsachterstand. De onderzoekers hebben een uitgebreide studie uitgevoerd (deels elektronisch, deels handmatig) van de literatuur uit de periode 1975-2003 over spraakproductie voor, tijdens en na OC-interventie.
'Uit de eerste gegevens van dit literatuuronderzoek komt de bevestiging naar voren dat ondersteundecommunicatie-interventies de spraakproductie niet beletten. In plaats daarvan kan OC de spraakproductie zelfs ondersteunen.'
• 'Effects of Augmentative and Alternative Communication Intervention on Speech Production in Children With Autism: A Systematic Review' door Ralf W. Schlosser en Oliver Wendt in American Journal of Speech-Language Pathology, augustus 2008, vol. 17, 212-230. doi:10.1044/1058-0360(2008/021).
Het doel van dit onderzoek was om de effecten in kaart te brengen van ondersteunde communicatie (OC) op spraakproductie van kinderen met autisme of PDD-NOS. Dankzij hun systematische onderzoeksmethodiek beperkten de onderzoekers de bias in het zoeken, selecteren, coderen samenvoegen van de relevante behandelingsstudies. Ze voerden onder meer een veelzijdige studie uit van onderzoeken uit de periode 1975 en mei 2007. Hiervoor raadpleegden ze diverse bibliografische databases en proefschriftdatabases, doorzochten handmatig de relevante tijdschriften en gepubliceerde samenvattingen van scripties en proefschriften, en voerden ze bronnenonderzoek uit. De onderzoeken moesten aan strenge eisen voldoen om te worden opgenomen in de literatuurstudie. Met behulp van een codeerhandleiding en -formulier konden ze gegevens extraheren over de kenmerken van de proefpersonen, de behandeling, het ontwerp en de meetmethoden, en de uitkomsten.
'Uit de resultaten bleek dat OC-interventies geen belemmering vormen voor spraakproductie. Sterker nog, de meeste onderzoekers rapporteerden een toename van de spraakproductie. Aan de andere kant toonden diepte-analyses aan dat deze groei vrij bescheiden was.'
Multimodale communicatie: spraak en OC
Alle OC-gebruikers doen aan multimodale communicatie: ze gebruiken verschillende methoden om te communiceren. Denk bijvoorbeeld aan hun OC-systeem, gezichtsuitdrukkingen, geluiden, gebarentaal en handbewegingen, en (pogingen tot) spraak. Ze gebruiken alles wat maar beschikbaar is om hun boodschap zo snel en duidelijk mogelijk over te brengen. We weten dat spraak in de praktijk een snellere en efficiëntere manier is om te communiceren dan een OC-systeem. Dus als een OC-gebruiker spraak kan gebruiken om iets duidelijk te maken, dan zal hij/zij dat ook doen. Bovendien boekt de gebruiker meer succes met de spraakpoging als hij/zij ter aanvulling het OC-systeem gebruikt: zo kan hij/zij de boodschap verduidelijken wanneer de uitgesproken woorden niet goed overkomen. Dit levert een positievere ervaring op voor de OC-gebruiker dan wanneer hij/zij alleen zou praten. En dat vergroot de kans dat hij/zij het de volgende keer weer op deze manier zal proberen.
Ons belangrijkste doel is dat mensen die moeite hebben met spreken de mogelijkheid geven om zichzelf met succes uit te drukken, met welke middelen dan ook. Daarom waarderen en respecteren we al hun communicatiepogingen. De kracht van OC is dat iemand meer woorden en taal tot zijn/haar beschikking krijgt, en de mogelijkheden heeft om veel meer te uiten dan wanneer hij/zij alleen spraak gebruikt.
Overwin de belemmering
OC verhindert de gebruiker niet om te leren spreken. Geef OC-gebruikers een stem en er gaat een wereld aan mogelijkheden voor hen open.
Met behulp van de OC Leren Gids kun je bepalen op welk punt van het OC-traject jullie je bevinden. Deze kennis helpt jullie om belemmeringen te overwinnen die succes in de weg staan.
Bronvermelding en links:
Hieronder vind je nog een aantal onderzoeksartikelen die bovenstaand standpunt bevestigen:
- Baumann Leech, E. & Cress, C. (2011). Indirect Facilitation of Speech in a Late Talking Child by Prompted Production of Picture Symbols or Signs. Augmentative and Alternative Communication, 27 (1), 40-52.
- Blischak, D. M. (1999). Increases in natural speech production following experience with synthetic speech. Journal of Special Education Technology, 14, 4453.
- Blischak, D., Lombardino, L., & Dyson, A. (2003). Use of Speech-Generating Devices: In Support of Natural Speech. Augmentative and Alternative Communication, 19 (1), 29-35.
- Cress, C., & Marvin, C. (2003). Common Questions about AAC Services in Early Intervention. Augmentative and Alternative Communication, 19(4), 254-272.
- King, A., Hengst, J., & DeThorne, L. (2013). Severe Speech Sound Disorders: An Integrated Multimodal Intervention. Language, Speech, and Hearing Services in Schools, 44, 195-210.
- Millar, D., Light, J., & Schlosser, R. (2006). The Impact of Augmentative and Alternative Communication Intervention on the Speech Production of Individuals With Developmental Disabilities: A Research Review. Journal of Speech, Language, and Hearing Research, 49, 248-264.
- Romski, M. & Sevcik, R. (2005). Augmentative Communication and Early Intervention: Myths and Realities. Infants and Young Children, 18(3), 174-185.
- Romski, M., Sevcik, R., Adamson, L., Cheslock, M., Smith, A., Barker, R., & Bakeman, R. (2010). Randomized Comparison of Augmented and Nonaugmented Language Interventions for Toddlers With Developmental Delays and Their Parents. Journal of Speech, Language, and Hearing Research, 53, 350-364.
- Sigafoos, J., Didden, R., & O'Reilly, M. (2003). Effects of Speech Output on Maintenance of Requesting and Frequency of Vocalizations in Three Children with Developmental Disabilities. Augmentative and Alternative Communication, 19(1), 37-47.
- Schlosser, R. & Wendt, O. (2008). Effects of Augmentative and Alternative Communication Intervention on Speech production in Children with Autism: A Systematic Review. American Journal of Speech-Language Pathology, 17, 212-230.